Op 4 oktober 1957 lanceren (zie figuur 1) de Russen, als
eerste, een satelliet in een baan om de aarde. Deze satelliet, Sputnik 1 (zie
figuur 2), is een grote, 70 kilo wegende, bal die een piepend signaal geeft.
De Amerikanen staan versteld
van het feit dat de Russen hun voor zijn. Ze hebben altijd gedacht inferieur te
zijn aan de vijand sinds de ontdekking van de nucleaire bom 26 jaar eerder. Eén
van de eerste reacties van de Amerikanen is het opzetten van het Advanced
Research Project Agency (ARPA) als onderdeel van het ministerie van defensie.
Zij krijgen de taak om nieuwe technologie te ontwikkelen en deze toe te passen
op Amerikaanse defensie. Het doel is om niet opnieuw verrast worden door een
vijand op technologisch gebied. Er werden toen grote bedragen uitgegeven aan onderzoek, omdat men de
overtuiging had dat diegene die de grootste technologische voorsprong had een
eventuele kernoorlog zou overleven. ARPA heeft verschillende projecten
uitbesteed aan andere bedrijven, daarom gingen ze op zoek naar een manier om
met deze bedrijven te communiceren. Hierbij denken ze aan het gebruik van de computer
als communicatiemiddel.
Leonard Kleinrock publiceert in
1961 een artikel over Packed Switching. Dit is het eerste artikel wat deze, nu
veel gebruikte, techniek beschrijft. Hij denkt dat het grote voordelen biedt. Het
systeem zou gaan bestaan uit een computernetwerk dat zowel stabiel als onafluisterbaar moest zijn. Om aan
deze beide eisen te voldoen werd er gekozen om de gegevens op te splitsen in
kleine pakketjes en deze via verschillende routes naar de eindbestemming te
sturen.
In 1967 zijn de onderzoekers
bij ARPA zover dat de nieuwe projectleider, Leonard Roberts, publiceert dat er plannen
zijn om een computernetwerk, ARPANET genaamd, te realiseren. Na een jaar (in
1968) is het ontwerp klaar en krijgt Bolt Beranek and Newmann (BBN) een
miljoenen contract om de Interface Message Processors (IMP's) te leveren. Deze
kan aan een computer gekoppeld worden waarna de computer over het netwerk kan
communiceren. BBN bouwt in de eerste instantie vier IMP's en deze worden in
oktober 1969 geïnstalleerd. De vier IMP's zijn aan elkaar gekoppeld zoals is
weergegeven in figuur 3 en aan het eind van 1969 wordt het eerst geprobeerd om
vanuit UCLA in te loggen in SRI. Helaas crasht het complete systeem wanneer de
letter G van LOGIN wordt ingetoetst.
Na ruim een jaar hebben
onderzoekers de software verbeterd zodat het netwerk uitgebreid kan worden en
in 1971 zijn er al 15 computers gekoppeld aan het netwerk (zie figuur 4). Dat jaar werd het eerste e-mailprogramma ontwikkeld door Ray Tomlinson. Tot dan toe kunnen
er aan iedere IMP maar vier host connecties gekoppeld worde. BBN ontwikkelt een
terminal IMP (TIP), deze ondersteund tot maximaal 64 terminals.